Het persbericht was niet geplaatst in De Vierklank en zo kwam het dat we maar met negen deelnemers om 21:00 uur begonnen aan onze avondwandeling. In de nacht van donderdag op vrijdag had het flink geonweerd. Een van boven naar beneden gespleten eik, waar grote stukken kernhout uit waren geslagen was nog een stille getuige van het noodweer van de voorgaande nacht. Door de bliksem getroffen, en ontploft. Het gezegde te schuilen onder beuken: “Eichen soll man weichen, Buchen soll man suchen” werd aldus kracht bijgezet.
Het was een mooie zomeravond, en
onze verwachtingen waren hoog gespannen. De avond ervoor hadden we namelijk 4
verschillende vleermuizen gedetecteerd met de batdetectors, en ook gezien. Een
paartje bosuilen liet die avond ook van zich horen.
De deelnemers kregen ieder een
Zoekkaart Vleermuizen (van de zoogdier vereniging), waarop de 5
meestvoorkomende vleermuizen en hun onderscheidende kenmerken staan beschreven.
Onderscheid tussen de soorten zit hem niet alleen in de frequentie van het
afgegeven geluid voor echolocatie. Maar ook in grootte, lichaamsvorm, en
vliegpatroon.
Die verwachtingen werden deels
ingelost. Zo tegen 22:30 spotten we twee soorten dwergvleermuizen: de ruige en
de gewone. De Rosse vleermuis en de watervleermuis kwamen vlak daarna uit hun
slaapverblijf gevlogen. Door de opkomende mist op de velden zochten de
vleermuizen hoger gelegen luchtlagen op en waren ze lastig te zien en te
detecteren met de batdetector. De laatvlieger moesten we helaas missen en ook
de bosuilen hielden zich stil. Daarentegen was de zanglijster, en de merel nog
tot zonsondergang te horen. En aan het begin van de wandeling, ook de
winterkoning, zwartkop, boompieper, roodborst. Een stuk of zes konijnen met
evenzoveel jongen deden het Konijnenveldje voor het Paviljoen eer aan!
Om 23:00 uur ging eenieder
tevreden huiswaarts en naar bed.
Gidsen: Wigle Braaksma, Hanneke Lankhof (Vogelwacht
Utrecht), en Jaap Milius